Voor velen leek het alsof de geboorte van onze dochter uit het niets kwam. Alsof er geen kinderwens was. Maar die was er wel natuurlijk. Meer nog, die ging heel wat jaren terug.
In 2019 kreeg ik een miskraam. Daar schreef ik ooit een stukje over, dat ik later nog wel eens opnieuw zal delen. Een paar maanden nadien werd ik ziek. Heel ziek. Op 4 maart 2020, een week voor ons land een eerste keer in lockdown ging vanwege de coronapandemie, kreeg ik de diagnose Colitis Ulcerosa. Op dat moment nog in een heel milde fase.
Ik kreeg medicatie voorgeschreven en zou me volgens de artsen snel weer beter gaan voelen. Dat gebeurde ook in eerste instantie, tot ik een maand later een paniekaanval kreeg. Deze werd uitgelokt door het afbreken van één van mijn voorste tanden. Een groot drama voor mij, aangezien ik heel veel belang hecht aan mijn tanden. Nog geen dag later werden mijn symptomen heel ernstig.
Maandenlang werd er geëxperimenteerd met medicatie. Wat zou werken en wat niet, kon niemand voorspellen. Meer dan een jaar ging voorbij, tot de artsen in het Algemeen Ziekenhuis radeloos werden. Ik werd doorgestuurd naar het Universitair Ziekenhuis. Daar hadden ze meer expertise en middelen om patiënten met mijn ziekte te helpen.
